8 maart 2017

De Verdreven Kinderen van de oude…

Elk van hen heeft een tragisch verhaal. Vluchtelingen afkomstig uit Damascus, Hama, Homs, Aleppo, Daraa, kortom uit alle uithoeken van Syrië. Sommigen sloegen midden in de nacht op de vlucht onder  het donderende geluid van bommen, anderen verloren hun mannen tijdens invallen en weer anderen werden weggejaagd uit hun vaderland nadat er eerst beslag werd gelegd op hun spullen. Echter keken ze allemaal terug naar het land, vol met hoop, die ze nu moesten verlaten. Net als de Profeet, die keek naar Mekka en zei dat hij ooit terug zou keren naar zijn geboorteplek. De ongenadige oorlog heeft moeders van hun kinderen, kinderen van hun vaders, echtgenotes van hun echtgenoten, opa’s van hun kleinkinderen afgenomen. Vluchtelingen, die door te vluchten hun levens hebben gered, zijn gedwongen om asiel te zoeken in buurlanden. Twee miljoen Syrische vluchtelingen worden opgevangen in buurland Libanon met een bevolking van vier miljoen mensen.

De vijftig jaar oude mevrouw Saliha is met haar vier kinderen van het platteland rondom Damascus gevlucht naar Shebaa in het zuiden van Libanon. Shebaa bevind zich op de grens met Syrië en Israël, heeft 4.000 inwoners en is gelegen tussen twee bergen met steile hellingen. Achter een van deze bergen bevindt zich Israël en achter de andere berg ligt Syrië. Vanuit Shebaa zijn de Israëlische controleposten duidelijk te zien. Sinds het begin van de Syrische burgeroorlog wonen er meer Syrische vluchtelingen in Sheeba dan Libanezen. Mevrouw Saliha is een van deze vele vluchtelingen. Vier jaar geleden moest ze na een aanval op haar dorp vluchten, met haar vier kinderen. Haar echtgenoot en haar oudste zoon bleven achter om hun huis en bezittingen te beschermen. Met alle waardevolle spullen die ze konden dragen begonnen aan de reis naar Shebaa. Op een koude winternacht beklom ze samen met haar kinderen de steile berg. Hun bezittingen droeg ze in een deken op haar rug. Toen ze de top eenmaal hadden bereikt bleek de zijde van de berg die naar Shebaa keek nog steiler te zijn dan de zijde die ze reeds hadden beklommen. Het afdalen met al hun spullen op haar rug leek onmogelijk. Er resteerde slechts één ding: ze rolde het deken met al hun bezittingen erin van de berg en klom samen met haar kinderen naar beneden. Eenmaal beneden zagen ze dat hun spullen verspreid lagen over de voet van de berg en dat sommige spullen onbruikbaar waren geworden. Wanhopig raapten ze de spullen die ze nog konden gebruiken op en liepen de rest van de weg naar Shebaa. Hoewel mevrouw Saliha en haar vier kinderen veilig zijn, krijgen ze geen nieuws over haar echtgenoot en haar oudste zoon. Ze weten niet of ze in leven zijn of niet. Mevrouw Saliha lacht al vier jaar niet meer, iedere dag kijkt ze met tranen in haar ogen over de genadeloze bergen die ze beklom om te zien of haar echtgenoot en zoon haar tegemoet zullen lopen.

Mevrouw Saliha is een van de miljoenen Syrische vluchtelingen. Elke vluchteling in Turkije, Libanon, Jordanië en in andere delen van de wereld heeft jammer genoeg vergelijkbaar verdriet meegemaakt, maar proberen desondanks verder te gaan met het leven.

De 1.2 miljoen vluchtelingen die door de Verenigde Naties zijn geregistreerd, zijn grotendeels geplaatst in kampen en leven onder zware omstandigheden. De ongeregistreerde vluchtelingen hebben zich in verschillende steden van Libanon gevestigd, leven onder zware omstandigheden en verrichten zwaar werk voor lage lonen. Door deze toestroom van goedkope arbeid hebben veel Libanezen hun baan verloren, waardoor er sociale problemen heersen in het land. Er heerst haat jegens vluchtelingen. Door de toestroom van Syrische vluchtelingen leven op dit moment etnische en religieuze groeperingen in het kleine land samen in hectische omstandigheden. Het land staat op het punt van springen door deze druk.

IHH Nederland, die gewend is om in zware tijden en onder zware omstandigheden hulp te verlenen, is tussen 17 en 22 februari 2017 nogmaals naar Libanon vertrokken om hulppakketten aan Syrische vluchtelingen uit te delen.

Voordat we de hulppakketten hebben uitgedeeld, hebben we met onze partnerorganisatie in Libanon, Dar Al Zahraa, gedetailleerd de plaatsen geconstateerd waar de meeste hulpbehoeftigen zich bevonden. Hierop hebben we met de moefti’s in het noordelijke Anjar en medewerkers van het vluchtelingenkamp in Aarsal hulp verleend aan de vluchtelingen die zich bevinden in: Shebaa, Kefar Sava en Hisya. Dit heeft succesvol plaatsgevonden. In alle gebieden waar eerder pakketen zijn uitgedeeld hebben vluchtelingen die al eerder een hulppakket hebben ontvangen van IHH, een ontvangstbevestiging ingevuld en bij de verantwoordelijke medewerkers ingeleverd. Hierdoor vonden er geen chaotische situaties plaatst tijdens het uitdelen van de pakketten. In het kader van dit project hebben we 1400 gezinnen voorzien van zeventien levensmiddelen, winterdekens, kleding en chocoladepakjes voor de kinderen. In totaal hebben we hulp geboden aan ongeveer 7000 mensen.

 

Delen